Rond het vissen: stringers, mandenmakers...


De touwslagers en mandenmakers zijn vandaag niet zo bekend, maar ze zijn zeer aanwezig in Berck. Voor de Eerste Wereldoorlog telde Berck acht touwfabrieken voor het hele grondgebied, tot aan Boulogne-sur-Mer. Drie ervan waren groot en konden tot vijftien arbeiders tewerkstellen. De touwfabrieken lagen aan de rand van de stad en waren gevestigd op smalle (4 tot 5 meter) maar zeer lange (tot 200 meter) terreinen. De laatste touwfabriek staakte haar activiteiten in 1966.



De bottenbossen van de Authie vallei leveren de grondstof voor de mandenmakers. Deze Berckse ambachtslieden werkten niet uitsluitend voor de marine. Aan het begin van de 20e eeuw, die rond de eeuwwisseling van 1870 zijn gouden eeuw beleefde, werden een tiental mandenmakers geteld.


Briefkaart, Voorbereiding van het verpakken van vis, coll. Archives municipales, Berck

Briefkaart, Voorbereiding van het verpakken van vis, coll. Archives municipales, Berck

Nadat de vis aan land was gebracht, vervoerden de visverkopers deze in grote rieten manden. In 1887 verschenen de eerste viskisten en de manden werden alleen nog gebruikt door vrouwelijke handelaren "te voet", bekend als "cache-à-dos". In 1931 verdween deze handel.


Francis Tattegrain, Pensionering, ca. 1905, coll. Musée Opale Sud, Berck

Francis Tattegrain, Pensionering, ca. 1905, coll. Musée Opale Sud, Berck

Op zee is het niet ongewoon dat vissers elkaar beconcurreren. In 1905 werd de schilder Francis Tattegrain door een nieuwsfeit, de diefstal van netten uit Berck door Engelse vissers, geïnspireerd als onderwerp voor een van zijn werken.